Dag meneer in het bos. Toen ik vanochtend van huis voor mijn hardlooprondje vertrok, had ik stiekem aan de hoop dat u er vandaag weer zou zijn. In mijn leergierigheid was ik wel weer toe aan een les. Of het nu wishfull thinking was of intuïtie, ik weet het niet. Maar al snel bleek dat er op de plek waar u normaal parkeert, een auto stond. In eerste instantie had ik geen herkenning. De parkeerrichting, de kleur van de auto en de energetische uitstraling pasten niet bij u. Echter toen ik dichterbij kwam, zag ik uw honden, vier in getal, die zichzelf aan het uitlaten waren. Toen ik op een afstand voorbij uw auto liep en naar binnen keek zag ik in eerste instantie helemaal niemand. Ineens werd de schim van uw zwaaiende arm zichtbaar. Het had iets weg van een geestverschijning. Even bekroop mij een unheimisch gevoel. En realiseerde me ook direct dat les vijf begonnen was, die me eerlijk gezegd in aanvang wat rauw op mijn dak viel.

Hij ging over niet alleen over licht en donker, maar ook over leven en dood. Vorige keer vergeleek ik uw auto al met een energieveld, een aura. Vandaag voelde die in tegenstelling tot de vorige keren wat zwaar en donker aan. Gaat het wel goed met u? Mijn eerste neiging in dergelijke gevallen is om te willen helpen om het lichter te maken. Vroeger deed ik dat door uit mijn eigen aura te gaan en mee te gaan zoeken in de aura van de ander naar dat wat kwijt was geraakt. Waarbij ik de sterkte van mijn licht aanpaste aan de uitstraling van de ander. Zo zaten we dan samen in het donker, geen hand voor ogen ziende. Het is meer dan eens gebeurd dat ik zo als reddingszwemmer mee kopje onder ging met de drenkeling. Eigenlijk geen handige strategie dus….

Daarom ben ik niet teruggelopen om op uw raampje te kloppen en te vragen of het wel goed met u ging. Ik vertrouwde erop dat de les een betere optie zou aanreiken.

Dit bedenkend liep ik langs de begraafplaats. En voor ik er erg in had, stroomden de tranen over mijn wangen, waarbij het niet zo duidelijk was of dit nu van verdriet of van ontroering was. Eigenlijk is dat ook helemaal niet belangrijk. Mijn aandacht ging naar de dag van gisteren, waarop ik mijn moeder herdacht. Zij liet 23 jaar geleden op 29 maart plotseling haar aardse bestaan los. Jaarlijks sta ik daar graag even bij stil. In dankbaarheid word ik me bewust wat er nog geheeld mag worden. Vanochtend resulteerde dat in een tekening waarbij er met eerherstel onderbroken familielijnen weer verbonden konden worden en er zich nieuwe kleuren aandienden. Kleuren die passen bij het leven, bij mijn leven.

Zo realiseerde ik me al hardlopend weer opnieuw dat ik van het licht ben en niet van het donker. Ik kan er voor kiezen om mijn lichtkracht te vergroten in plaats van te dimmen in situaties waarin mensen het moeilijk hebben. Zonder van mijn plek af te gaan kan ik zo op afstand een ieder bij  schijnen die daar behoefte aan heeft. Diegene bepaalt in vrijheid of en hoeveel licht er opgenomen wordt om de weg beter te kunnen vinden. Zo blijf ik in verbinding met mijzelf en mijn leven in een weinig energie kostende balans van geven en nemen, terwijl ik er ook voor de ander ben.

Dat waren alweer een hoop inzichten deze ochtend. Ik besloot mijn eigen energieveld ruimer te maken en te vullen met mooie lichte en helende kleuren. Ik sprak innerlijk de intentie uit dat deze uitstraling zo ver zou reiken dat ook u, meneer in het bos, deze waar zou kunnen nemen en dat u zich daaraan zou kunnen spiegelen als u dat nodig heeft en zou willen.

Daar mee bezig zijn, werd mijn tred steeds lichter, mijn gezicht ontspande en er verscheen een glimlach op mijn gezicht. Dat was direct te merken in de wederkerigheid en energieuitwisseling met andere (hard)lopers die ik op mijn weg ontmoette. Ik kreeg zoveel energie dat ik mijn rondje groter kon maken dan ooit. Ik sloeg zomaar een pad in en kwam ik ineens op een voor mij onbekend crossparcours voor fietsers terecht. Dit bracht me weer bij een andere herinnering. Crossen was iets wat ik vroeger veel met mijn buurjongen deed. Helaas overleed hij vorige maand na een slopende ziekte. Ook aan hem stuurde ik mijn licht, terwijl ik zelf aan deze kant van het leven bleef. Dat gaf een prettig gevoel van een mooie eindeloze hartsverbinding.

Dank u wel meneer in het bos. Wat een rijke ochtend, al begon hij wat grauw. Inmiddels is als beloning de zon gaan schijnen, zowel fysiek als in mij. Deze les heeft mij geholpen om het leven nog meer te nemen. Ik hoop dat u van dit alles ook een graantje mee heeft kunnen pikken. Tot de volgende keer.

“Heb het leven lief”!